Reizen & reisinformatie Groenland

Thule (Qaanaaq) in het uiterste noorden is de wereld van 'Pooleskimo's', ijsberen en zeehonden. Het is ook een gebied dat nauw verbonden is met de namen van beroemde poolreizigers. Vandaag de dag leven in Qaanaaq nog ca. 600 mensen op vrije traditionele wijze grotendeels van de jacht. Als in de zomer het pakijs het toelaat, gaat men met boot en kajak tussen de voortdurend bewegende ijsschotsen op zoek naar zeehonden etc.
Ondanks de zeer noordelijke ligging groeit en bloeit hier van alles en trekt deze hoogarctische flora zelfs vlinders aan.
Dit noordelijke deel is in de zomer en in de winter te bezoeken. 's Zomers kunt u er een week doorbrengen (er is meestal maar één vlucht per week) of er een kort bezoek brengen met een (expeditie)cruise. Aan het einde van winter, van maart tot halverwege mei, zijn er langere hondensledetochten te maken, waarbij u op pad gaat met jagers naar de pakijsrand.

In West-Groenland ligt de hoofdstad Nuuk. In de moderne hoofdstad is een winkelstraat met warenhuizen waar (bijna) alles te koop is. Er is een hotel (een tweede is in aanbouw), een pension en een jeugdherberg. Het cultuurhistorisch museum heeft een permanente tentoonstelling en een tentoonstelling met wisselende thema's.
Een walvissafari om Bultruggen te zien (vooral in augustus en september) is zeker een aanrader. In geologie geïnteresseerden kunnen in de omgeving van Nuuk een van de oudste gesteenten op aarde (3,8 miljard jaar oud) bekijken.
De voormalige Amerikaanse basis Kangerlussuaq is op dit moment nog het belangrijkste vliegveld van Groenland. Hotel en de aankomst-vertrekhal lopen hier letterlijk in elkaar over. Bij een tussenstop heeft u veelal genoeg tijd om een excursie naar de Groenlandse IJskap of een natuursafari te maken. Vanuit Kangerlussuaq kunnen in de zomer diverse trek- en wandeltochten, ook op de ijskap gemaakt worden. In de winter worden hier hondensledetochten (o.a. naar Sisimiut) en een spannend, tweedaags avontuur op de ijskap aangeboden.
Overige plaatsen zijn Sisimiut, Maniitsoq en Paamiut.

Het zuiden van Groenland ligt op dezelfde breedtegraad als Oslo en is de groenste regio. De Noormannen (Vikingen) die zich hier meer dan 1000 jaar geleden vestigden, noemden het gebied niet voor niets Groenland. Restanten van hun nederzettingen zijn nog steeds zichtbaar in het landschap. Naast de garnalen- en visvangst leven hier nu nog ca. 60 gezinnen van de schapenteelt.
In de goed bewandelbare valleien bloeien de mooiste bloemen (zelfs orchideeën). Vindplaatsen van bijzondere mineralen en gesteenten maken de omgeving van Narsaq (Kvanefeld) extra interessant. Excursiemogelijkheden zijn: wandelingen langs en/of boottochten door de fjorden, naar gletsjerfronten, warme bronnen en ruïnes uit de tijd van de Noormannen.
De belangrijkste plaatsen in het zuiden zijn: Narsarsuaq, Narsaq, Qaqortoq, Alluitsup Paa en Nanortalik.

De oostkust van Groenland wordt gevormd door een fjordengebied met hoge, steile bergen. Hier vindt u ook de hoogste bergtoppen van Groenland (ca. 3000m). De eilanden voor de kust zijn vlakker en bedekt met een rijke toendravegetatie.
Het noordoostelijk gedeelte, het Nationaal Park, is onbewoond en vrijwel gesloten voor toerisme. Halverwege de oostkust, langs de oevers van een van 's werelds langste fjorden, ligt de noordelijkste nederzetting van de oostkust, Ittoqqortoormiit (Scoresbysund). Zuidelijker liggen Kulusuk en Tasiilaq (Ammassalik). De jacht is hier nog een wezenlijk onderdeel van het dagelijks bestaan.
De Oost-Groenlandstroom brengt vrijwel het hele jaar door zeer veel pakijs mee vanaf de Noordpool. De oostkust is daarom over water soms moeilijk te bereiken, maar er worden in de zomer reizen met zeilschepen in de Scoresby Sund aangeboden. Expeditiecruises worden meestal pas vanaf eind augustus aangeboden.
Vanuit Ittoqqortoormiit kunnen in de zomer wandelingen en in de winter hondensledetochten en skitrekkings gemaakt worden naar en in Liverpoolland. Deze omgeving is adembenemend mooi en indrukwekkend. Er is een weelderige plantengroei en er zijn veel historische plaatsen. Vanuit Kulusuk en Tasiilaq zijn meer excursies mogelijk zoals boottochten naar gletsjers, walvissafari's, hondensledetochten of een dagje mee met lokale vissers of jagers laten u kennismaken met de bevolking en het bijzondere gebied waarin zij leven.

Groenland is ruim 50 keer zo groot als Nederland, maar heeft slechts ca. 56.500 inwoners verdeeld over 18 steden en ca. 80 dorpen en gehuchten.
Groenland maakt deel uit van het Deens koninkrijk, maar het heeft een grote mate van zelfbestuur (Hjemmestyret). De hoofdstad Nuuk ligt aan de westkust.
Groenland is geen lid van de EU en geen deelnemer in het Schengenverdrag. Voor reizigers met een EU-nationaliteit, reizend naar Groenland via een EU-land (bijv. Denemarken), IJsland of Noorwegen (NIET vanaf Spitsbergen!) geldt dat een geldige Europeesche identiteitskaart of een geldig paspoort volstaat als reisdocument.
De Deense Kroon (1 DKK = ca. € 0,14) functioneert als wettig betaalmiddel.
De officiële talen zijn Deens en Groenlands. In toeristische dorpen en steden spreken steeds meer Groenlanders ook Engels.
Tijdsverschil: sinds oktober 2023 heeft Groenland meerdere tijdszones. In Oost-Groenland is het in de zomer 2 uur vroeger dan in Nederland en België. In het westen van Groenland is het in de zomer 3 uur vroeger dan in Nederland en België en in het uiterste noorden (Qaanaaq) is het 4 uur vroeger dan in Nederland en België.

Noorderlicht en middernachtzon zijn twee begrippen die onlosmakelijk verbonden zijn met het Arctische gebied. Boven de noordpoolcirkel wordt het in de zomer (bijna) niet donker, omdat de zon boven de horizon blijft. Men spreekt dan van de middernachtzon. In de periode dat de zon weer ondergaat en kan er een adembenemend kleurspel aan de nachtelijke hemel ontstaan. Dit fenomeen noemt men noorderlicht (Aurora borealis). Het zuiden van Groenland is de beste regio om noorderlicht te kunnen waarnemen.

Door de grote invloed van de ijskap blijft de gemiddelde zomertemperatuur meestal steken op 10°C. Dit betekent niet dat het er steeds bar koud is. Door de zeer lage luchtvochtigheid voelt de buitenlucht veel warmer aan dan de thermometer doet vermoeden. Maar gevoelstemperatuur blijft een zeer persoonlijke zaak. Verder kunnen zon, wind, mist en in mindere mate regen elkaar, zeker in gebieden dicht bij zee, in een hoog tempo afwisselen.

Het landschap van Groenland wordt gedomineerd door de grote ijskap. De kusten bestaan voornamelijk uit fascinerende fjordenstelsels waarin indrukwekkende gletsjertongen uitmonden. Afgekalfde brokken drijven als ijsbergen naar zee. Vooral het gebied rond de Diskobaai is bekend vanwege het grote aantal ijsbergen. Op een aantal (bereikbare) plaatsen eindigt de ijskap ook op land, zoals in Kangerlussuaq.
In het zuidwesten, waar het gebergte veel ouder en verweerder is dan in het oosten, heeft zich een scherenkust gevormd (o.a. bij Nuuk). Bergen worden afgewisseld door valleien met een weelderige begroeiing van planten en lage struiken. Dorpen en steden met kleurrijke huizen zijn gebouwd op beschutte plaatsen langs de kust.

De oorspronkelijke bewoners van Groenland zijn Inuit. Uit de tijd van de eerste kennismaking met Europeanen met deze mensen stamt de naam Eskimo, hetgeen rauwvleeseter betekent. Inuit zijn voor hun dagelijks voedsel voor een groot deel nog steeds afhankelijk van de jacht op zeehonden, vogels en walvissen en van de visvangst. Landbouw is niet mogelijk, wel houdt men in het zuiden schapen. Schapen zijn geïntroduceerd door Noormannen die hier meer dan duizend jaar geleden vanuit IJsland zijn neergestreken. Een van de bekendste mannen uit die tijd is Erik de Rode. Met deze Noormannen kwam de eerste aanraking met het Christendom. Eriks vrouw Thodhilde liet een kerkje bouwen achter de boerderij. De ruïnes van de boerderij en een replica van het kerkje zijn te zien bij Qassiarsuk.
Uiteindelijk is het eiland ingelijfd bij Denemarken, waarna een grote vermenging van Inuit en Denen heeft plaatsgevonden. Men spreekt daarom nu liever van Groenlanders.

Groenland kent een grote rijkdom aan dierenleven. Echter omdat er in Groenland nog actief gejaagd wordt t.b.v. het levensonderhoud, zijn dieren over het algemeen zeer schuw. Hierdoor zult u over het meestal niet zoveel dieren rustig kunnen observeren als bijvoorbeeld op Spitsbergen mogelijk is.
In Groenland komen o.a. de volgende zoogdieren voor: muskusossen (voornamelijk Ittoqqortoormiit), rendieren, Witte wolven (Noordoost-Groenland), Poolvossen, Sneeuwhazen, lemmingen, ijsberen (voornamelijk in het noordelijke gedeelte), Baardrobben, Zadelrobben, Ringelrobben, Beluga's, Narwallen, Bultruggen, Potvissen en Orka's. Zeevogels zoals Kleine alken, Zeekoeten, Drieteenmeeuwen en Zeearenden zijn ook op veel plaatsen te vinden. Meer landinwaarts in het zuiden zijn sneeuwhoenderen en kleinere zangvogels te horen en te zien.
En natuurlijk zijn er in groten getale de Groenlandse sledehonden te zien en meestal ook te horen. In de veel dorpen en nederzettingen ten noorden van de poolcirkel zijn er meer honden dan mensen. Vooral in het noorden en het oosten wordt de hondenslede als vervoermiddel gebruikt bij de jacht. Hoewel er tegenwoordig steeds meer sneeuwscooters gebruikt worden, is de traditionele manier (nog) niet weg te denken uit de hedendaagse Groenlandse cultuur.

Veel mensen vragen zich af waarom men ooit Groenland, Groenland genoemd heeft. Want immers het grootste deel van het eiland is bedekt door een ijskap. Maar het zuiden is onwaarschijnlijk groen. In heel Groenland komen meer dan 350 plantensoorten voor, waaronder zelfs vijf orchideeënsoorten. Kleine bomen komen alleen in beschutte valleien in het zuiden voor. Hoe noordelijker u komt, hoe kleiner de struiken en planten worden.
In het uiterste noorden op de toendra komen uitsluitend hoogarctische planten voor zoals steenbreek en Arctische papaver.

Vanwege de smalle dunbevolkte kuststroken heeft Groenland geen autowegennet. In de dorpen en steden zijn wegen, maar enkele kilometers daarbuiten houden de wegen op. In het zuiden en in de Diskobaai verbinden bootjes en veerdiensten plaatsen binnen een regio. In de winter wordt een beperkte route gevaren of wordt de route door helikopters gevlogen. In de zomer zijn alle kustplaatsen tussen Narsaq en Ilulissat per kustboot Safaq Ittuq bereikbaar.

Groenland heeft (nog) geen trans-Atlantische veerdiensten.
Air Greenland onderhoudt jaarrond lijndiensten vanuit Kopenhagen naar Narsarsuaq in Zuid-Groenland en Kangerlussuaq in West-Groenland.
Icelandair vliegt normaliter jaarrond vanaf Keflavík naar de hoofdstad Nuuk en naar Kulusuk in Oost-Groenland (variërend van één tot zes keer per week). In de zomer zijn er tevens lijnvluchten van Icelandair vanaf IJsland (Keflavík) naar Ilulissat en Narsarsuaq.
Norlandair vliegt tussen 01 mei tot 30 sep 2024 op maandag en donderdag vanuit Reykjavík naar Nerlerit Inaat aan de Scoresby Sund en v.v.

Weers- en ijsomstandigheden kunnen vlieg- en vaarschema's danig in de war schoppen. Houd daarmee rekening in uw reisschema en plan geen belangrijke afspraken direct na uw geplande thuiskomst.